http://www.mapuche.nl/
I cultuur I
De Mapuches - ¡SOMOS UN PUEBLO!
Deel uit het onderzoek naar de mate van eenheid binnen de Mapuche-beweging in Chili.
door: Anna Ensing.


Het volk van de Mapuche is oorspronkelijk afkomstig uit Argentinië. In de 12de eeuw trokken de Mapuches uit Argentinië over de Andes naar het zuiden van Chili, waar ze zich vestigden. Van alle inheemse volkeren van Latijns Amerika, hebben de Mapuches zich het langst verzet tegen de Spaanse verovering. Het Mapuche-volk was één van de volken die het meest politiek onafhankelijk was, met een gebalanceerde zelfvoorzienende economie, die het volk autonomie gaf, terwijl tegelijkertijd de uitwisseling met andere volkeren behouden werd. Terwijl beschavingen zoals die van de Azteken en de Inca binnen korte tijd vielen onder de Spaanse overheersing, wanneer hun leiders en dominante klassen onderworpen waren, streden de Mapuches meer dan drie eeuwen tegen de indringers, eerst tegen de Spaanse, en daarna de tegen de Chileense.

Dit lange verzet was mogelijk dankzij verschillende factoren. Een eerste factor was dat het Mapuche-volk zich door de geschiedenis heen had ontwikkeld tot een volk met veel oorlogservaring. Dit vanwege hun verzet tegen de Inca’s en daarna tegen de nieuwe binnendringers. De oorlog tegen de Spanjaarden kreeg het karakter van een volksoorlog, waarin het hele volk participeerde. Ondanks de pogingen van de Spanjaarden het Mapuche-volk te verdelen, om ze op die manier gemakkelijker te verslaan, voelden de Mapuches doordat zij samen de natie moesten verdedigen zich juist nog meer met elkaar verbonden. Een tweede factor die een rol speelde voor het lange verzet tegen de Spaanse overheersers was dan ook de eenheid binnen het Mapuche-volk. Deze eenheid kan men voor een deel verklaren door te verwijzen naar de homogene sociale structuur van de Mapuche-samenleving. Er bestaan hier binnen geen dominante klassen, maar een productiewijze waarin het collectivisme overheerst. De sociale basis zijn de families, verenigd in de gemeenschap. Er zijn geen machtige klassen, op z‘n hoogst zijn er personen met meer land en hulpmiddelen dan anderen, zonder dat er onderdrukkende groepen of relaties ontstaan. Inca's en Azteken daarentegen waren hiërarchische en expansionistische samenlevingen, die strijd en concurrentie hadden met buurvolkeren. De Spanjaarden maakten hier gebruik van door allianties te vormen met bepaalde groepen om zo de tegenstanders hiervan te vernietigen. De onderwerping van de grote leiders van deze groepen was voor de veroveraars voldoende om zeker te zijn van de overheersing van het hele volk (Ruiz, 1998: 1-4)

De lonko, het hoofd van de Mapuche-gemeenschap, was de aartsvader van elke familie en gemeenschap. Hij werd niet gekozen maar erfde zijn taak van zijn vader, mits hij de eigenschappen bezat die nodig waren om deze belangrijke taak op zich te nemen. Dat wilde zeggen dat hij een goede en betrouwbare woordvoerder moest zijn met veel kennis. De lonko regelde wanneer de nguillatun, het belangrijkste religieuze ritueel, gehouden moest worden en nam de taak op zich deze te organiseren. Buiten een religieus leider, moesten de lonkos ook rechtsorde en sociale orde bewaren in de gemeenschap. Hij bestuurde het werk en het sociale leven van de mensen in de gemeenschap, ook de grond werd door hem over de families verdeeld. Wanneer er kleine conflicten waren binnen de gemeenschap, had de lonko de bevoegdheid als rechter te fungeren en de schuldigen werden door hem gestraft. Dit kwam neer op een advies van de lonko of in ergere gevallen werd de schuldige door de lonko de term ‘slecht mens’ opgelegd (Mariqueo, 1979: 15-16).

Een andere belangrijke functie binnen de Mapuche-samenleving was weggelegd voor de toqui, de hoogste militaire leider van de Mapuches. Hij fungeerde als generaal in tijden van oorlog. De toqui werd op een democratische manier gekozen vanwege zijn militaire prestige. Wanneer een oorlog ophield, werd hiermee ook de macht van de toqui beëindigd, zodat deze geen macht meer uit kon oefenen over de mensen van de natie (Ruiz, 1998: 1-4) Verder was een belangrijke taak in de Mapuche-samenleving weg gelegd voor de machis, de traditionele dokters. Alle medicijnen die zij toepasten waren afkomstig van natuurlijke planten uit de omgeving en de behandeling van de zieken ging samen met een aantal rituelen van religieuze oorsprong (Mariqueo, 1979: 12-13).

Buiten de sociale structuur zorgde de taal, het wereldbeeld van de gemeenschap, de denkwijze en de religie voor een eenheid binnen het Mapuche-volk. Het gehele volk van de Mapuches sprak de taal Mapudëngún, al waren er kleine regionale verschillen in de taal te ontdekken (Ruiz, 1998: 1-4). De religie en denkwijze van de Mapuches was er één met nadruk op de natuur. Er werd waarde gehecht aan en respect getoond voor de verschillende elementen van de natuur. De religieuze feesten hadden een bijzondere plaats, de belangrijkste viering was de nguillatun, een landbouwceremonie waarin de Mapuches hun dank uitten voor het goede weer en de goede oogst en opnieuw om een goede oogst vragen. Elke regio kende een andere regelmaat waarin deze viering worden uitgevoerd, meestal viel dit echter tussen één en vier keer per jaar. Men geloofde dat door dit ritueel de orde hersteld zou worden, er een goede oogst zou komen, de gezondheid zou verbeteren, en het de kwade krachten zou verweren (Moraga, 2001: 21-24). De religie van de Mapuches is een niet expansionistische religie, het is zelfs verboden voor niet-Mapuches om te participeren in de nguillatun. Het is echter mogelijk aanwezig zijn bij de nguillatun zonder te participeren wanneer men speciaal hiervoor uitgenodigd is (Mariqueo, 1979: 12).

De Mapuches woonden oorspronkelijk in het gebied van de rivierbekken van de Copiapó tot Chiloé en een groot deel van het eiland van Chiloé, en van de Atlantische Oceaan tot aan de Stille Zuidzee. Dit valt samen met grote delen van de actuele landen Chili en Argentinië. Er zijn onderscheiden aan te brengen binnen het Mapuche-volk die gebaseerd zijn op het leefgebied van de verschillende groepen. Dit gebeurt op twee manieren. De eerste is de verdeling van de klassieke geschiedenis, waarin de Mapuches van noord naar zuid worden verdeeld. Van Choapa tot aan Cachapoal heette de bevolking picunches. Tussen de rivier Itata en Toltén woonden de mapuches of auracanos. En van Toltén naar het zuiden werd het gebied bewoond door de huiliches. De andere verdeling die aan valt te brengen is die welke de Mapuches zelf maken in overeenstemming met hun identificatie met een bepaald territorium. Deze gaat van oost naar west: in het actuele Argentinië woonden de puelche (mensen van het oosten), in de bergen van de Andes de pehuenche (mensen van de pehuen of araucaria ), daarna kwamen de huenteche (mensen van de hooglanden), de nagche (mensen van de laaglanden), en tenslotte de lafkenche (mensen van de kust), die in het huidige Chili woonden ( Ruiz, 1998: 1-4).

Situatie van de Mapuches in Chili vanaf de komst van de Spanjaarden

Rond 1540 kwamen de Spanjaarden voor het eerst in aanraking met de Mapuches. Pedro de Valdivia, die als veroveraar van Chili wordt beschouwd, trok met zijn leger naar het zuiden van Chili. De Mapuches werden als wilden beschouwd en zonder respect behandeld. Graven werden verwoest, men wilde de Mapuches inzetten als slaven om goud te wassen en forten te bouwen en missionarissen werden ingezet om ze tot het katholicisme te bekeren en ze beschaving bij te brengen. Aanvankelijk werd de strijd gewonnen door de Mapuches. Tussen 1550 en 1554 werd Valdivia zelfs door het Mapuche-volk gevangen genomen en uiteindelijk vermoord (Mapuche-stichting Folil, 2002)

In de tijd die volgde voerden de Spanjaarden en de Mapuches verschillende oorlogen die voor de Mapuches steeds verandering van leefgebied tot gevolg had. Na de ‘Arauco-oorlog’ waarin er door de Spanjaarden gebieden werden veroverd en ook door de Mapuches weer oude territoria werden terug veroverd, konden na jaren van strijd, de Spanjaarden uiteindelijk niet verder komen dan ten noorden van de rivier de Bíobío. De Arauco-regio, en in het bijzonder de bergketens van Nahuelbuta en de zone van Purén, waren onneembaar voor de Spanjaarden. In 1641 kwamen de beide volken bijeen in ‘de vrede van Quillin’. Hierin erkenden de Spanjaarden de autonomie van de Mapuches in de regio ten zuiden van de rivier de Bíobío. Formeel was dit een vooruitgang maar in praktijk veranderde er weinig. De Spanjaarden gingen door met het koloniseren van gebieden en schonden de regels voor het behoud van de vrede.

Ook toen Chili een onafhankelijk land was geworden in 1818, veranderde de houding ten opzichte van de Mapuches niet. De Chileense autoriteiten bleven de veroveraars spelen. De Chileense politici en grootgrondbezitters besloten het territorium van de Mapuches opnieuw proberen in te nemen om het daarna te verdelen onder kolonisten en grootgrondbezitters, om zo te integreren in de mondiale landbouwexport-economie. De invasie werd dus hervat. Dit keer werd er een verbond gesloten met Argentinië, om de Mapuches van twee kanten te kunnen omsingelen. De strijd eindigde op 1 januari 1883 met een overwinning voor de Chilenen. Een groot deel van de Mapuches was uitgeroeid, en het gebied ten zuiden van de Bíobío was door de Chileense autoriteiten ingelijfd (Ruiz, 1998: 1-4). Nadat de laatste Mapuches zich hadden overgegeven, drongen de kolonisten het laatste stuk van het Mapuche-land binnen. Uiteindelijk behielden de Mapuches ongeveer 526 000 hectare land (Caistor, 1997: 16). Deze invasie werd daarna de door de Chilenen de ‘pacificatie van de Araucanía’ genoemd, waar veel kritiek op kwam omdat het volgens de Mapuches niet om vrede ging, wat het woord pacificatie wél aangeeft. De Argentijnen noemden het de ‘Campagne van de woestijn’, waar ook kritiek op kwam omdat de veroverde gebieden geen woestijnen waren maar bewoonde gebieden (Ruiz, 1998: 1-4).

Een ontwikkeling die begon na deze ‘pacificatie van de Araucanía’ was de emigratie van de Mapuches naar de steden. Al vanaf de stichting van de stad Santiago in 1541 was er emigratie naar deze stad, maar de grootste golven waren vanaf 1881 en daarna vanaf de periode 1930-1940. Als gevolg van het verlies van het territorium en de druk van de Chileense cultuur om de inwoners van de Mapuche-gemeenschappen van mentaliteit te laten veranderen, ontstond rond 1881 een emigratie. Veel Mapuches zonder land trokken weg naar vooral andere sectoren in de Araucanía, maar soms ook naar Santiago en het mijngebied in het noorden van Chili. Hierbij werden de contacten met de mensen van de gemeenschappen echter meestal behouden. Deze emigratie vond plaats tot ongeveer 1930.

In 1929 brak in Wallstreet de crisis uit. Omdat Chili zo afhankelijk was van haar primaire exportgoederen, nitraat en koper, en van buitenlandse leningen en investeringen, werd het land hard getroffen door deze crisis. In heel Chili waren de sociale consequenties hiervan voelbaar, grote delen van de bevolking leden onder werkeloosheid (Bethell, 1993: 42). Dit had tot gevolg dat de lokale emigratie-bestemmingen van de Mapuches (Nueva Imperial, Temuco, Angol, Valdivia, etc.) niet voldoende werk meer te bieden hadden voor de Mapuches (Lincolao, Ruiz, 2000: 416). In dit jaar werd ook de zogenaamde ‘Ley de Radicación de Indios’ doorgevoerd. Dit hield in dat het inheemse territorium opnieuw werd gedefinieerd en dit had een ernstige verkleining ervan tot gevolg. De staat breidde zijn territorium uit en het territorium van de Mapuches werd terug gebracht tot slechts 500 000 hectare. Dit betekende dat de Mapuches per persoon ongeveer 6 hectare kregen toegedeeld, terwijl de niet-Mapuches uitkwamen op een gemiddelde van 500 hectare per persoon (Mariqueo, 1970: 20). Voornamelijk om deze reden begon rond 1935 de tweede emigratiegolf van Mapuches naar Santiago en andere grote steden. Aanvankelijk waren dit alleen maar mannen. Zo’n tien tot vijftien jaar later waren deze ook in staat hun vrouwelijke familieleden te laten komen. Voor die tijd werden er echter ook veel gemengde huwelijken gevormd zodat de eerste golf mestiezen geboren werd (Lincolao, Ruiz, 2000: 416).
In de steden kregen de Mapuches echter te maken met heftige discriminatie.

Zij kwamen onder aan de maatschappelijke ladder te staan en werden achtergesteld. Om deze reden kwam het vaak voor dat Mapuches hun naam wijzigden in een Chileense naam om op deze manier meer mogelijkheden in de maatschappij te hebben. Ook werd het Mapudëngún niet veel meer gebruikt in de steden, en werd de kinderen van jongs af aan slechts Spaans geleerd. Zo werd gedacht de kinderen een grotere kans op een verbetering van de sociale positie te bieden (Vinkes, 2002: 284).

Met de komst van president Allende in 1970 leek het beter te gaan met de situatie van de Mapuches. Vooral door zijn landhervormingen kreeg hij veel aanhang onder de Mapuches. Het idee was dat er een politiek zou komen waarin de landhervormingen een belangrijk punt zouden zijn en het Mapuche-volk zijn identiteit vrij vorm kon geven. De Mapuches kregen in deze tijd een aantal stukken grond terug en de sociale voorzieningen verbeterden. Hun hoop om erkend te worden als ‘indígenas’ , als aparte groep met speciale rechten, ging niet in vervulling. Het was immers in strijd met het standpunt van Allende dat alle Chilenen voor de wet dezelfde rechten en plichten hadden (Caistor, 1997: 39). Toch blijkt uit gesprekken met Mapuches dat er tegenwoordig door de Mapuches over het algmeen zeer positief terug wordt gekeken op deze tijd en regering. Allende is voor veel Mapuches de enige politicus die zich sinds de komst van de Spanjaarden voor de Mapuches heeft ingezet.

De ideeën en politiek van Allende hadden helaas weinig kans van uitwerking. Op 11 september 1973 vond er een militaire coup plaats en kwam Pinochet aan de macht. De politiek werd radicaal omgegooid en een kapitalistisch economisch model werd ingesteld. Hiermee werd het privébezit ingevoerd en de Mapuche-identiteit indirect afgeschaft. Eén van de grootste klappen voor de Mapuches en hun cultuur en sociale organisatie sinds de komst van de Spanjaarden waren de wetten die Pinochet invoerde in 1979. Deze hadden als doel de opheffing van (indiaanse) gemeenschappen. Collectief landeigendom, een centraal punt in de Mapuche-cultuur, werd verboden. Alle grond moest worden opgedeeld, wat leidde tot grote problemen bij de toewijzing ervan. Ook veroorzaakte dit een verdeling van de Mapuche-families, de rechten van de urbane Mapuches op hun oude territorium werden afgeschaft en op het platteland vond een enorme verarming plaats. Van het gebied van de Mapuches na de oorlog met de Spanjaarden was in 1990 nog zo’n 350 000 hectare over. De verslechte situatie op het platteland veroorzaakte de derde golf emigranten naar de steden vanaf 1979. De mensen van het platteland hoopte in Santiago een betere toekomst te vinden (Caistor, 1997: 39).

De dictatuur van Pinochet was een zeer zware tijd voor de Mapuche-bevolking. Er werd bruut opgetreden tegen de Mapuches die vrijwel allemaal sympathisanten waren van Allendes linkse politiek. Velen werden in deze tijd gearresteerd, gemarteld of vermoord. Amnesty International toonde aan dat meer dan honderd Mapuches onder de dictatuur ‘verdwenen’. Deze hoge mate van repressie ten opzichte van de Mapuches zorgde ervoor dat er naast een emigratie naar de steden een emigratie plaats vond naar buiten Chili (Caistor, 1997: 39).

De groep Mapuches die tijdens de dictatuur naar de grote steden van Chili was gekomen was een groep met een sterker gevoel voor de Mapuche-identiteit en de oorspronkelijke cultuur dan dat de eerdere Mapuche-emigranten over het algemeen hadden gehad. Deze groep zette zich meer af tegen de cultuur en ideologie van de Chilenen. Binnen de stad organiseerden de Mapuches zich om hun oude tradities en gewoontes te behouden. In de steden ontstonden nieuwe vormen van gemeenschappen, associaties en Mapuche-raden (Lincolao, Ruiz, 2000: 415-417).
In 1989 werd de ILO Conventie 169 gehouden en door verschillende landen in Latijns Amerika ondertekend. Door Chili werd, net als door Venezuela en Nicaragua de ratificatie in overweging genomen, tot heden is de Conventie echter nog niet door Chili ondertekend. In 1993 ging in het kader van deze Conventie in Chili wel de zogenaamde ‘Ley Indigena’ van start. Deze wet zou het recht op collectief grondbezit herstellen, en voorziet de teruggave van delen van het oorspronkelijke grondgebied van de Mapuches. Bovendien werd voor het eerst in de geschiedenis van Chili erkend dat Chili een multi-etnische samenleving is (Assies et al. 2000: 3).

Vanaf de jaren ’90 wordt de situatie van de Mapuches in Chili vooral gekenmerkt door de problematiek van de druk van de economische en politieke macht van de staat. De ondergang van de inheemse gemeenschappen op het platteland, de verovering van het inheemse bezit, de desintegratie van de cultuur en de assimilatie in de globaliserende maatschappij zijn hier voorbeelden van. In deze jaren is door de regering de ‘Corporación Nacional de Desarrollo Indígena’ (CONADI) opgericht. De CONADI is een instrument dat opgericht is om de inheemse bevolking in Chili (waar de Mapuches het grootste deel van uit maken) te ontwikkelen. Onder de term ontwikkeling vallen de ideeën van civilisatie, vooruitgang en integratie in de Chileense samenleving (Lincolao, Ruiz, 2000: 422).
Voor de Chileense intellectuelen was de Mapuche nooit een centraal of relevant onderwerp om de culturele historie van het land te begrijpen. Wanneer de Mapuches hun stem lieten horen, werden zij altijd gezien als een deel van de Chileense armen in het algemeen. Tijdens de dictatuur was het officiële regeringsstandpunt zelfs dat er in Chili geen Mapuches bestonden, dat de bevolking slechts uit Chilenen bestond (Moraga, 2001: 87-88). De geschiedenis of de cultuur van de Mapuches werd nooit als een fundamenteel deel beschouwd voor de nationale Chileense identiteit. De Mapuches werden vaak als barbaars beschouwd, als iets afgescheiden wat niets te maken heeft met de vorming van de nationale identiteit. Over het algemeen is de Chileense samenleving lang gekenmerkt geweest door elementen van racisme en de wens om Europeanen te zijn. Dit zorgde ervoor dat er nooit een ontwikkeling tot indigenismo is gekomen, dat de Mapuches en niet-Mapuches met elkaar zou verbinden en dat zou zorgen voor een gemeenschappelijke identiteit die de verschillen respecteert (Moraga, 2001: 84).

Landverlies van de Mapuches

Jaartal Hectare grond van de Mapuches
1540 31.000.000
1641 10.000.000
1881 526.000
1979 350.000
1994 300.000

(Bron: Cristián Opaso, revista Ajo Blanco, Spanje, in: Escobar, 1999: 1)


Rurale en urbane Mapuches in het huidige Chili

De laatste jaren is de Chileense politiek ten aanzien van de Mapuches op papier steeds meer verbeterd. In de praktijk komt echter nog niet zoveel terecht van die verbeteringen. Nog steeds wordt er doorgegaan met grootschalige ontwikkelingsprojecten of er worden nieuwe projecten gestart in gebieden die aan de Mapuche toebehoren of ook al toegezegd zijn. Er wordt veel schade toegebracht aan de grond en water van de Mapuche-gebieden door de aanleg van wegen, het werk van electriciteitscentrales of bosbouwbedrijven (Vinkes, 2002: 7-9).
Volgens de census van 1992 maakten de Mapuches van 13 jaar en ouder 9,6 % van de Chileense bevolking uit. Dit is duidelijk de grootste inheemse groep in Chili. Het grootste gedeelte hiervan leeft in de hoofdstad Santiago. Daarnaast leeft een groot deel nog in de achtste en negende regio’s, het gebied vanaf de Bíobío rivier naar het zuiden, dat lange tijd het officiële territorium en leefgebied van het Mapuche-volk was. Van de totale Mapuche-bevolking leefde in 1992 nog ongeveer 235 duizend Mapuches in gemeenschappen op het platteland. Op het platteland hadden de Mapuches gemiddeld 3,6 hectare land per familie en deze families zijn groter dan het nationaal gemiddelde. Er wordt geschat dat er op dit moment, in 2002 nog slechts minder dan één miljoen Mapuches in Chili leven (Escobar, 1999: 1).

Percentage inheemse bevolking in Chili:

Zone Mannen Vrouwen
Steden 48,5% 50,4%
Ruraal 51,5% 49,6%

Bron: Escobar, 1999: 6

Aantallen en percentages van de etnische groepen in Chili

Etnische groep Ouder dan 14jaar % van bevolking
Mapuche 928.060 9.6%
Aymara 48.477 0,5%
Rapanui 21.848 0,2%
Rest van bevolking 8.661.982 89,7%
Totaal 9.660.367 100,0%

Bron: Commitee on the Elimination of Racial Discrimination (CERD), 1998

Verdeling van de Chileense bevolking en van de Mapuches over de regio’s

Regio Bevolking Mapuche
I 243.586 9.557
II 292.308 12.053
III 162.375 6.747
VI 358.101 18.010
V 1.017.873 58.945
VI 343.796 27.802
VII 599.547 32.444
VIII 1.241.856 125.180
IX 552.843 143.769
X 680.019 68.727
XI 55.826 3.526
XII 106.020 4.714
XIII (RM ) 3.848.121 409.079

(Bron: Escobar, 1999: 6)

De urbane Mapuches en de Mapuches die op het platteland leven zouden naar mijn inzicht als twee aparte groepen beschouwd kunnen worden. Immers, beide maken tegenwoordig een groot gedeelte van de Mapuche-bevolking uit, maar de twee groepen hebben een zeer verschillende levenswijze. Vooral de steden Santiago, Temuco en Concepcion zijn steden met een grote urbane Mapuche-bevolking. Daarnaast trekt men ook naar Valparaíso, Valdivia en Osorno. De rurale Mapuches leven in gemeenschappen in met name de achtste, negende en tiende regio van Chili. Volgens Carlos Ruiz van het studiecentrum Centro Mapuche de Estudio y Acción kan men de Mapuche-natie niet in twee realiteiten verdelen. Echter, men kan wel spreken van twee verschillende dimensies, met verschillende problemen, wensen, interesses en manieren van het leven bekijken.

Ik zal eerst kort ingaan op de situatie van de rurale Mapuches. Met ervaring kan ik spreken over de situatie in drie gemeenschappen die ik bezocht heb tijdens mijn verblijf in Chili. Dit zijn de gemeenschappen Ralco Lepoy bij dorp Ralco, de gemeenschap van Icalma en Huinca Railao bij het dorp Lautaro. De drie gemeenschappen bevinden zich respectievelijk in achtste en twee keer de negende regio van Chili. De situaties op de verschillende plaatsen kwamen op een aantal punten overeen en op andere punten verschilden zij. De mensen in alle drie de gemeenschappen vertelden me dat de situatie met betrekking tot de hoeveelheid grond die zij tot hun beschikking hadden om te bewerken erg verslechterd was. Na de dictatuur heeft men te weinig grond overgehouden om voldoende te kunnen verbouwen voor het bestaan van een gezin. In Icalma werd hieraan toegevoegd dat de lonko van de gemeenschap zijn functie had verloren. Vroeger bestond zijn functie voornamelijk uit het verdelen van de grond onder de inwoners, nu is zijn functie slechts het organiseren en leiden van de nguillatunes en andere religieuze rituelen.
Toch leven de mensen nog steeds van de opbrengst van het land. Vrijwel iedereen heeft een moestuintje waarin men groente en eventueel fruit verbouwt. Afhankelijk van de ligging van de huizen heeft men verschillende soorten dieren rond het huis lopen, meestal kippen, kalkoenen en eventueel schapen. Sommige mensen verkopen een deel van hun verbouwde goederen in het nabijgelegen dorp, maar het grootste deel wordt gebruikt voor eigen gebruik. De huizen in de drie gemeenschappen zijn alle eenvoudig. Meestal bestaat een huis uit enkele ruimtes, waarvan een ruimte bedoeld is als gemeenschappelijke kamer, en de overige ruimtes de slaapkamers. De keuken is vaak deel van de gemeenschappelijke kamer en bestaat uit een kookplaat waar men hout onder brandt. In geen van de gemeenschappen is er electriciteit aanwezig en in slechts één van de drie stromend water.

Naast kleine verschillen in bijvoorbeeld de grootte van het huis liggen de verschillen tussen de gemeenschappen vooral in de mate van leven volgens de oorspronkelijke Mapuche- cultuur. In de gemeenschap in Ralco Lepoy is de Mapuche-cultuur het meest zichtbaar. Veel mensen, vooral vrouwen, lopen gekleed in de traditionele Mapuche-kleding en allen beheersen de Mapuche-taal Mapudëngún. Er is een kleine minderheid van katholieke Mapuches in de gemeenschap en het grootste deel hangt de Mapuche-religie aan. De religieuze rituelen worden nog altijd uitgevoerd waarbij vrijwel alle inwoners participeren. Ook in Icalma beheersen de meeste inwoners van de gemeenschap het Mapudëngún, al zijn er steeds meer jongeren die het niet spreken. De kleding is echter niet traditioneel Mapuche, en ook hebben veel mensen een andere religie aangenomen. In deze gemeenschap wonen katholieke Mapuches, evangelische Mapuches en een meerderheid van Mapuches die de Mapuche religie aanhangen. De religieuze rituelen worden nog uitgevoerd en geleid door de lonko, de evangelische Mapuches participeren hier als enige niet in. In Huinca Railao is er weinig te merken van de traditionele Mapuche gewoontes en gebruiken. Kinderen die nog Mapudëngún beheersen of het willen spreken zijn zeldzaam. Uit gesprekken met zowel de ouders als de kinderen bleek dat een belangrijke oorzaak hiervan is dat de kinderen in het dorp op school zitten waar ze als Mapuche-kinderen in de minderheid zijn. Ze proberen zich daarom zoveel mogelijk aan te passen aan de Chileense kinderen. In de gemeenschap Huinca Railao worden de Mapuche-rituelen ook steeds minder uitgevoerd. Dat de jongeren niet meer mee willen doen werd als een reden aangegeven. Ook doen door de komst van evangelische missionarissen steeds meer mensen mee met de christelijke rituelen die in de gemeenschap georganiseerd worden.

Zoals eerder aangegeven is het grootste deel van de Mapuche-bevolking tegenwoordig woonachtig in de steden. De meeste Mapuches die in de steden wonen, zijn hier vanaf het platteland heen gekomen om te werken. Ook komt het voor dat jongeren naar school gaan en daarvoor naar de stad moeten. Hoewel het trekken naar de stad vooral door jongeren gezien wordt als een mogelijkheid een beter leven te gaan leiden, leeft de meerderheid van de Mapuches in Santiago in armoede. Over het algemeen komen de Mapuches terecht in de slechtere wijken van de stad. In Santiago zijn dit bijvoorbeeld Cerro Navia, La Pintana, Lo Prado, Pudahuel of Peñalolen. (In figuur 2.5 is aangegeven waar deze wijken in Santiago liggen.) Als gevolg van een vaak lage opleiding en discriminatie is het voor de urbane Mapuches zeer moeilijk een redelijke baan te krijgen. Wanneer men al een baan heeft, is dit vaak een slecht betaalde baan. Naast het werk wordt er daarom soms ook gebruik gemaakt van informele werkzaamheden, zoals het inkopen en verkopen van spullen op stedelijke markten. Door gebrek aan geld kunnen kinderen uit arme Mapuche-gezinnen in de stad meestal geen goed onderwijs genieten, en zo maken ook zij weer deel uit van de vicieuze armoedecirkel. Naast economische problemen komen veel urbane Mapuches, net als andere bewoners van slechte wijken in Santiago, in aanraking met problemen van drug- en alcohol gebruik.

Als er eenmaal een gezin is gesticht in de stad, dit kan een puur Mapuche gezin zijn als ook een gemengd gezin, is dat een teken dat men zich definitief in de stad vestigt. Carlos Ruiz beargumenteert de trek naar de stad door te zeggen dat het onmogelijk is dat alle Mapuches op het platteland zouden wonen: “Als de mensen het platteland verlaten hebben, betekent dit dat het land niet meer mensen toestond om erop te leven”. Bovendien is hij van mening dat het belangrijk is voor de rurale Mapuches om contacten in de steden te hebben “om zo kanalen te scheppen voor de distributie van de producten van de gemeenschappen”. Het is bijna nooit het geval dat de gehele familie in de stad woont en in de meeste gevallen heeft men nog contact met ouders of verdere familieleden die op het platteland wonen. Als de afstand niet te groot is en men voldoende economische middelen heeft, gaan de urbane Mapuches in de vakanties terug naar het platteland om hun familie te zien en daar vakantie te houden of de ouders te helpen met het werk op het land. Er bestaan echter ook steeds meer urbane Mapuches waarvan alle familieleden in de stad wonen en deze voelen dan ook weinig of geen verbondenheid met de Mapuches op het platteland.

Identiteitsvorming van de urbane Mapuches

Binnen de urbane Mapuches kan er een onderscheid gemaakt worden tussen twee groepen. Dit zijn aan de ene kant de urbane Mapuches die zich identificeren met de Mapuches van het platteland, de Mapuche-cultuur en Mapuche-identiteit en hier trots op zijn, en aan de andere kant de groep die zich zoveel mogelijk probeert te schikken in de Chileense cultuur en hun Mapuche-identiteit liever negeert. In mijn onderzoek gaat het vooral om de eerste groep omdat dit de mensen zijn die de Mapuche-beweging op hebben gestart en gaande houden. Echter, het is ook belangrijk de laatste groep nader toe te lichten, omdat deze naar mijn idee voor een deel de oorzaak is van de opkomst van de Mapuche-beweging. De Mapuche-beweging strijdt immers onder andere tegen de ontwikkeling dat een groot deel van de (urbane) Mapuches hun cultuur zou verliezen. Bovendien is het belangrijk deze groep te bespreken omdat het grootste gedeelte van de urbane Mapuches behoort tot de groep die haar Mapuche-identiteit wil verbergen.

Veel Mapuches in de steden identificeren zich als ‘urbane Mapuches’ omdat zij een duidelijk onderscheid willen maken tussen henzelf en de ‘rurale Mapuches’. Deze urbane Mapuches worden daarom ook wel eens met minachting bekeken omdat zij hun eigen ras zouden verraden. Omdat de groep Mapuches in de stad te maken heeft met discriminatie om hun Mapuche-zijn, komt het regelmatig voor dat ouders hun kinderen bewust geen Mapuche-naam geven en niet de Mapuche-taal aanleren, om hun zo te beschermen tegen latere discriminatie. Tijdens mijn gesprekken met urbane Mapuches in met name Santiago ben ik dan ook vrijwel geen Mapuches tegen gekomen die het Mapudëngún goed beheersten en de weinige mensen die het konden spreken hadden dit niet van hun ouders maar op latere leeftijd geleerd uit eigen interesse. Ook komt het voor dat Mapuches uit een gemengd huwelijk hun tweede, niet-Mapuche naam aannemen . Uit statistieken blijkt dat 47 procent van de naamveranderingen plaatsvindt in Santiago en 36 procent in de Araucanía-regio. Voor tenminste 50 procent van deze personen is het verwerpen van de Mapuche-naam de voornaamste reden voor de naamverandering. Naamverandering is volgens het CERD een teken van een breuk met de etnische wortels en het verlies van identiteit als resultaat van discriminatie (CERD, 1998). De gewoontes en tradities van de Mapuches worden in de stad door de meeste Mapuches niet meer uitgevoerd. Vaak kennen ze deze niet eens omdat hun ouders ze niet bekend hebben gemaakt met de Mapuche-cultuur. Deze Mapuches worden dan ook vaak de ‘Mapuches ahuincado’ genoemd, wat men zou kunnen vertalen als de ‘verchileensde Mapuches’. Eén van mijn respondenten, zelf een urbane Mapuche, beweerde echter dat het verbergen van de Mapuche-identiteit bijna onmogelijk is: “Ze proberen het, maar het is heel moeilijk, want men herkent ze toch wel, door de huidskleur, het haar, het gezicht, daardoor ziet men meteen dat ze Mapuches zijn” (Luisa Railaf).

Naast discriminatie is ook religie een factor die ook invloed heeft op het verbergen van de Mapuche-identiteit. Er zijn verschillende religies in Chili waarvan de katholieken de grootste groep zijn. Naast de katholieken is er een vrij grote groep protestanten en tenslotte zijn er nog een aantal kleinere religieuze groepen. Uit interviews met informanten met kennis over de Mapuche problematiek bleek dat vooral de evangelische wereld veel invloed op de Mapuches heeft. Dit werd door hun niet als een positieve invloed gezien aangezien de Mapuches door hun band met de evangelische kerk hun eigen cultuur zouden verliezen. Ook de katholieke wereld heeft een dergelijke invloed op de Mapuches, maar in mindere mate omdat deze een band met de inheemse wereld willen bevorderen. Enkele gereformeerden, lutheranen en anglicanen hebben volgens de informanten respect voor de inheemse culturen. De mormonen tenslotte zouden de Mapuches verplichten te breken met hun cultuur, in alle aspecten.

Omdat de Mapuches in de stad vaak problemen hebben, zijn zij eerder op zoek naar een religieuze ruimte. Dit kunnen zij vinden in de evangelische kerk, volgens deskundigen komen de evangelische riten immers wat enkele elementen betreft, zoals bijvoorbeeld de muziek, overeen met de Mapuche-riten. Dit vindt men minder in de katholieke kerk. De evangelische kerk wordt volgens hem vaak als een soort van medicijn voor problemen gezien. Door het aansluiten bij een andere religieuze overtuiging gaat de Mapuche-identiteit makkelijk verloren, of men zegt tenminste zich niet meer Mapuche te voelen. Het studiecentrum Centro Mapuche de Estudio y Acción ziet dit als een dubbel probleem: eerst verliest men zich in de problemen van de stad, daarna verliest men zijn eigen identiteit door zich aan te sluiten bij een externe religie. Ook werd door een respondent beweerd dat de rijke evangelische kerk de Mapuches geschenken aan zou bieden en hiermee de Mapuche-bevolking, die over het algemeen heel arm is, als het ware om zou kopen.

De tweede groep die ik zal bespreken is een kleinere maar actieve groep. Het zijn de urbane Mapuches die tegen de ontwikkeling van het verbergen van de Mapuche-identiteit in willen gaan. Eén respondent, een Mapuche die in Santiago woont, verwoorde dit als volgt:

Andrés Onkól:
De Mapuches van hier zijn niet meer trots op hun cultuur, dat is verschrikkelijk, want het is en prachtige cultuur. Wij willen de Mapuche jongeren in Santiago hun cultuur laten leren kennen, zodat ze weten dat hun cultuur een mooie cultuur is en dat men zich er niet voor hoeft te schamen!

Uit gesprekken met de urbane Mapuches die ik in deze groep zou kunnen indelen bleek dat de Mapuches die zich inzetten voor de Mapuche-cultuur over het algemeen mensen zijn die niet aangesloten zijn bij een bepaalde religie buiten de Mapuche-religie. Zij hebben immers het bewustzijn hun eigen cultuur en religie te willen benadrukken. Vaak werd er in deze gesprekken veel kritiek geuit op de andere godsdiensten in Chili en met name over de houding van deze godsdiensten ten aanzien van de Mapuches:

Luis Lao
Er zijn veel Mapuches katholiek, of evangelisch, want het volk heeft veel geleden, en om zich te bevrijden van de bedriegerij, werd men evangelisch, of katholiek. Maar dit is het slechtste wat er kan gebeuren. Wat is dit voor een godsdienst, als men in de kerk Mapudëngún praat, moet men er uit, als men op blote voeten komt, eruit. Dus ik geloof echt niks van die huinca religie. Het zaait alleen maar slechtheid.

Hoewel ik gemerkt heb dat de grootste groep urbane Mapuches eerder haar Mapuche-identiteit verbergt dan er trots op is, zijn er verschillende mensen die beweren dat de laatste groep groter aan het worden is. Een respondent was van mening dat de mensen zich tegenwoordig minder schamen voor hun cultuur en taal en er langzamerhand zelfs trots op worden. Dit zou een duidelijke verandering van de laatste jaren zijn. Tendensen zoals het veranderen van achternamen om de zijn ook te ontdekken om het Mapuche-zijn juist te benadrukken in plaats van het verbergen. Een voorbeeld hiervan is het volgende citaat:

Luisa Gonzales Railaf (Mapuche uit Santiago):
Mijn eerste achternaam is Chileens en mijn tweede is Railaf, maar mijn bloed is zo sterk dat ik niet de Chileense wil gebruiken en mijn tweede naam gebruik. Mijn dochter gebruikt twee Mapuche namen, want wij willen dat de cultuur van de Mapuche in haar behouden wordt. Maar zij wordt ook gediscrimineerd op school. Want de Chilenen hebben nog steeds niet geleerd om ons te waarderen als een volk.

Zowel de urbane Mapuches als deskundige Chilenen spreken over de nieuwe identiteit van de urbane Mapuches. Hierbij gaat het om de manier waarop de Mapuches uiting geven aan het Mapuche-zijn binnen de stad, dus buiten hun oorspronkelijke woongebied. De nieuwe identiteitsvorming gebeurt door de urbane Mapuches die hun Mapuche-identiteit graag willen behouden en daarom ruimte zoeken in de steden om met Mapuches bij elkaar te komen. Zo zijn er groepen Mapuches die velden afhuren om er nguillatunes om te houden of om palín, een traditioneel spel, op te spelen. Ook worden er in bepaalde wijken van Santiago waar een groot gedeelte van de bevolking Mapuche is, soms bijeenkomsten gehouden om Mapuche gewoontes in stand te houden. Volgens deskundigen is het ideaal van veel urbane Mapuches om in de stad professioneel te worden waarna men terug zou kunnen keren naar het platteland om hun volk te steunen. Dit zou volgens hem door Mapuche leiders in de steden vaak als ideaal aangedragen worden. In de volgende paragraaf zal ik meer aandacht besteden aan deze groep urbane Mapuches. Ik zal daarbij met name uitleggen hoe deze groep en andere factoren hebben geleid tot de opkomst van de Mapuche-beweging in Chili.

De opkomst van de Mapuche-beweging

De geschiedenis van de Mapuches in Chili heeft aangegeven dat er sinds de komst van de Spanjaarden voortdurende conflicten aan de gang zijn. Men zou hier kunnen spreken van lang sluimerende tegenstellingen in de maatschappij, zoals dit in het theoretisch kader naar voren komt. De culturele tegenstellingen in de geschiedenis en in de huidige situatie van de samenleving zouden van belang zijn voor het opkomen van klachten van bepaalde groepen in deze samenleving en de opkomst van actiemogelijkheden. Na het bespreken van de geschiedenis en huidige situatie waarin deze tegenstellingen naar voren komen, zal in deze paragraaf behandeld worden hoe deze tegenstellingen inderdaad hebben geleid tot de opkomst van de Mapuche-beweging.

Het conflict tussen de Mapuches en de Chilenen is zoals omschreven al heel erg oud. Na een hevige oorlog tussen de Spaanse kolonisten en de Mapuches, verloor de Mapuche zijn territorium en politieke vrijheid en werd min of meer verplicht geïntegreerd met de stedelijke Chilenen. Na de zogenaamde ‘pacificatie van de Araucania’, in het begin van de 20ste eeuw, kan men spreken van het begin van de Mapuche-beweging (Moraga, 2001: 76). Als gevolg van de nieuwe wetten die rond 1929 werden ingevoerd in Chili voelden de lonkos, die oorspronkelijk de politieke autoriteiten en representanten van de gemeenschappen waren, zich vervangen door andere organismen, zoals beschermheren of later rechtbanken voor de indianen. Deze situatie zorgde voor een verandering met betrekking tot de culturele autonomie van het Mapuche-volk. Daarnaast ging, als gevolg van deze wetten, op deze manier uiteindelijk ook de economische autonomie van het Mapuche-volk verloren en werd men steeds meer afhankelijk van andere organismen van de Chileense staat (Hermosilla, n.d. ).

In de steden zag men ondertussen de ontwikkeling dat er organisatie ontstond onder de Mapuche migranten die zich verbonden voelden met de gebeurtenissen op het platteland en de eisen van de Mapuches in de gemeenschappen. Vooral in Santiago en Temuco werden nieuwe instanties gevormd of sloot men zich aan bij al bestaande instanties of organisaties. De Mapuche intelligentsia die langzaamaan in de steden op kwam, wilde politieke strategieën creëren om de nieuwe situatie van het Mapuche-volk te verbeteren en op deze manier tegenwicht te bieden aan de staat. Zo ontstonden de eerste Mapuche-organisaties in de twintigste eeuw. De eerste organisaties waren La Sociedad Caupolicán (1910), La Federación Araucana (1919) en La Unión Araucana (1939). Deze organisaties werden de kanalen van het Mapuche-volk, waardoor het zijn wensen en eisen kon laten horen. Ook maakten zij de Mapuches op het platteland meer bewust van hun situatie en de zaken waar zij voor en tegen zouden moeten strijden. Deze organisaties zouden gezien kunnen worden als het begin van de actuele Mapuche-beweging (Hermosilla, n.d.).
In de jaren ’60 onderging de Mapuche-beweging een relevante ontwikkeling. Er werden banden gesloten tussen Mapuche-organisaties en linkse Chileense politieke partijen. Beide groepen zagen hierin de mogelijkheid meer aandacht te krijgen voor hun belangen. De Chileense linkse beweging werd in deze jaren een stuk radicaler dan in de jaren er voor en de politieke partijen gingen symbolen en emblemen van de Mapuches gebruiken om hun partij te symboliseren. Ook ontstond de politieke partij MAPU, wat naast een afkorting ook symbool stond voor de strijd om land, mapu is immers het woord voor land in het Mapudëngún. Het kwam er op neer dat de Mapuche-beweging bijna geabsorbeerd werd in de Chileense linkse beweging. Veel eisen van de inheemse en de linkse beweging kwamen overeen. Vooral de landhervormingen waren een punt waar beide groepen veel aandacht aan besteedden. Toch was er niet één politieke partij met een programma dat precies aansloot op de eisen van de Mapuches. Links wilde landhervormingen doorvoeren om de toegang tot land, maar niet als eis om een cultuur uit te kunnen oefenen met ander wereldbeeld, een andere taal, spiritualiteit, en andere medicijnen zoals de Mapuche-organisaties dit in gedachten hadden. Toch speelde in deze eerste jaren de verschillen nog niet zo’n grote rol en profiteerden beide partijen van de voordelen en samenwerking (Lincolao, Ruiz, 2000: 419-420).

De militaire coup in 1973 veranderde de gehele situatie voor de Mapuches in Chili en dit had ook gevolgen voor de beginnende Mapuche-beweging. Toen tijdens de dictatuur het collectief landbezit werd afgeschaft wat een verdeling van de grond tot gevolg had, kwam er een ruime inheemse beweging op om zich hier tegen te verzetten. Ondanks het verbod op dergelijke organisatie vormden zich nieuwe Mapuche-organisaties, die meer specifieke eisen en een meer specifieke strijd op hun programma hadden. Volgens respondenten uit huidige Mapuche-organisaties verenigden de meeste organisaties zich in die tijd zo veel mogelijk, ook al hadden zij kleine verschillen in hun ideeën of programma’s. Het belangrijkste punt was op te komen voor de Mapuche-bevolking die in deze tijd ernstig werd onderdrukt. Uiteindelijk bestonden er zeven organisaties tijdens de dictatuur die er min of meer actief voor hebben gestreden de democratie te herstellen. Al deze organisaties waren voortgekomen uit één hoofdorganisatie: los Centros Culturales Mapuches. Deze was opgericht in 1978 als reactie op de dictatuur (Moraga, 2001: 87). Eén van de belangrijkste organisaties die hieruit voortkwam was AdMapu. Informanten hebben mij verteld dat men Admapu vanuit het Mapudëngún vertaalde als ‘volgens de gewoonte van de aarde’. Deze organisatie was belangrijk voor de ontwikkeling van de Mapuche-beweging omdat het volgens velen indirect heeft geleid tot de opkomst van belangrijke actuele Mapuche-organisaties. Het was een linkse organisatie en stond in nauw verband met de Communistische Partij.

De verschillen die bestonden tussen de zeven organisaties werden voornamelijk veroorzaakt door hun banden met de nationale politieke partijen. Toch verklaarden alle Mapuche-organisaties zichzelf ‘integrationisten’, wat wilde zeggen dat ze geen afstand deden van hun eigen cultuur en identiteit maar deze in hun programma wilden integreren. Hun etnische eisen probeerden zij samen te laten vloeien met het programma van de politieke partij (Moraga: 87-88).

Banden tussen Mapuche-organisaties en Chileense politieke partijen

Mapuche-organisatie Verbonden Politieke Partij
1. Admapu 1. Communistische Partij
2. Nehuen Mapu 2. Cristen Democraten
3. Lautaro Ñi Ayllarehue 3. Socialistische Partij
4. Asociación Nacional del Pueblo Mapuche de Arauco 4. Socialistische Partij
5. Callfulican 5. ex leden Socialistische Partij
6. Choin Folil Che 6. Socialistische Partij
7. Centros Culturales Mapuche 7. ex leden Communistische Partij

(Bron: Moraga, 2001 : 87)

Ook werden er ten tijde van de dictatuur en er na banden gelegd tussen Mapuche-organisaties en Chileense organisaties die zich inzetten voor het behoud van de natuur. Deze hadden vaak overeen komende doelen zoals het behouden van een stuk land dat als natuurgebied werd beschouwd en tevens een woongebied van een Mapuche groep was. Hoewel de achterliggende redenen van de beide kanten dus niet altijd dezelfde waren, werkten zij vaak samen om samen sterker te staan tegen de dictatuur. Veel van deze banden zijn echter weer verslechterd na een aantal jaren van samenwerking wanneer de verschillende standpunten tot uiting kwamen en de samenwerking na de dictatuur minder noodzakelijk werd (Moraga, 2001: 49).

Met het einde van de dictatuur en het begin van de democratische regering in 1989, probeerden de Mapuche-organisaties zich een plaats te geven binnen de nieuwe situatie. In het zelfde jaar werden alle inheemse volken van Chili bijeengeroepen door de president van dat jaar, Patricio Aylwin, om te praten over de politiek ten aanzien van de inheemse groepen van de toekomstige regering. Bij de laatste bijeenkomst werd een akte van verbintenis ondertekend. De verplichtingen die de regering zichzelf hiermee oplegde waren het creëren van een Comisión Especiál de Pueblos Indígenas 3 (CEPI), het in de grondwet erkennen van de inheemse bevolking en het creëren van de Corporación Nacional de Desarrollo Indígena (CONADI) De belofte van de inheemse volken was het steunen en verdedigen van de toekomstige regering en zij zouden de inheemse eisen voortaan kanaliseren met behulp van de nieuwe institutionele mogelijkheden. Na dit akkoord ging ook de Ley Indigena van start.

Vanaf de komst van Aylwin behielden de Mapuche-organisaties een zeker vertrouwen in de Ley Indigena, en waren ze ervan overtuigd dat deze wet de problemen van de Mapuches op zou kunnen lossen. Hierdoor nam het initiatief en de openbare aanwezigheid van de organisaties tijdelijk af. Echter, als gevolg van enkele heftige conflicten met bosbouwbedrijven, veranderde men gauw van mening en begon men ervan overtuigd te raken dat de inheemse politiek van de regering een schijnvertoning was en dat er slechts kleine zoethoudertjes waren gepresenteerd om het Mapuche-volk rustig te houden (Moraga, 2001: 81-87).

Na de val van de dictatuur vonden er binnen verschillende organisaties als gevolg van meningsverschillen over de toekomst van de organisatie interne verdelingen plaats. Toen dit in 1989 gebeurde bij wat nog steeds de oorspronkelijke organisatie AdMapu was, ontstond er een nieuw type organisatie. Dit type organisatie werd gerepresenteerd door el Partido por la Tierra y la Identidad (PTI) en door el Consejo de Todas las Tierras 5 (CTT) (Lincolao, Ruiz, 2000: 421). Kenmerken van deze nieuwe organisaties waren dat zij een anti-partij houding hadden gevormd. Het wereldbeeld van de Mapuches had voor hun een groter belang dan de ideeën van de traditionele Chileense partijen. De PTI wilde zich opstellen met een ‘uiterst etnische houding waarin alle etno-nationale minderheden in de nieuwe politieke context vertegenwoordigd zouden worden’. Deze partij mislukte echter tijdens de verkiezingen en verdween na nog geen twee jaar van bestaan (Moraga: 2001: 87-88). Het CTT kenmerkte zich als een organisatie ‘onafhankelijk van de globalisatie-ideologie en het modernisatieconcept, gestructureerd in overeenstemming met de oude organisatie vorm van de Mapuches, gerepresenteerd door de gemeenschappen en bestuurd door de traditionele autoriteiten’. Deze organisaties zetten het begin voor een nieuwe wending in de beweging (Lincolao, Ruiz, 2000: 421).

DE HUIDIGE MAPUCHE-ORGANISATIES

In dit hoofdstuk zal ik een aantal Mapuche-organisaties die op dit moment in Chili aanwezig en actief zijn behandelen. Hieronder zal een lijst worden gevoegd van de Mapuche-organisaties waar de informatie in dit hoofdstuk op is gebaseerd. Van de meeste organisaties heb ik een representant gesproken. De informatie van sommige organisaties echter heb ik gehaald uit documenten of het is mij verteld door mensen die veel van de organisatie afwisten terwijl zij er geen deel van uitmaakten. Eerst zal ik bespreken hoe de verschillende organisaties ontstaan zijn. Hierbij komt aan de orde door wie en waarom de organisaties zijn opgericht en wie er nu deel uit maken van de organisatie. Dit is vooral van belang voor het begrijpen van de doelen van de organisaties. In de volgende paragraaf ga ik door op de doelen die de verschillende Mapuche-organisaties nastreven. Hierbinnen zal ik een onderscheid proberen te maken tussen economische, culturele en politieke doelen. In de volgende paragraaf worden de strategieën van de organisaties besproken. Daarna komt de locatie van de Mapuche-organisaties aan de orde. Het gaat hier vooral om het onderscheid tussen rurale versus urbane organisaties. Tenslotte zal ik bespreken in hoeverre er netwerken bestaan tussen de organisaties en/of individuen van de beweging onderling, en op welke manier deze plaatsvinden. In elke paragraaf zal ik proberen verbanden te leggen met eerder besproken kenmerken van de Mapuche-organisaties.

Mapuche-organisaties;

1. Ad malen (Santiago)
2. Agrupación de Mujeres Mapuche (Santiago)
3. Aukiñko Zomo (Temuco)
4. Casa de la Mujer (Temuco)
5. Centro de Estudio de Derecho Indiano (Temuco)
6. Centro Mapuche de Estudio y Acción (Santiago)
7. Centro de Estudios y Documentación Mapuche Liwen (Temuco)
8. Consejo de Todas las Tierras (Temuco)
9. Coordinadora Arauco Malleco (Arauco, Malleco)
10. Identidad Lafkenche de Arauco (Arauco)
11. Kona Pewman (Temuco)
12. Lelfünche (Santiago)
13. Mapu Domucho Newen (Ralco)
14. Meli Wixan Mapu (Santiago)
15. Xeg Xeg (Temuco)


Instellingen van de regering

Voordat ik de Mapuche-organisaties ga bespreken wil ik twee instellingen naar voren brengen die niet tot de Mapuche-organisaties gerekend kunnen worden, maar wel van belang zijn om het geheel te begrijpen. Dit zijn twee instellingen die door de Chileense regering zijn opgericht. Na de val van de dictatuur wilde de regering tenminste op papier een verbeterde houding ten opzichte van het Mapuche-volk aannemen. Zo heeft president Aylwin een aantal beloftes gedaan aan het volk van de Mapuches waaronder het oprichten van de Corporación Nacional de Desarrollo Indígena. Naast de CONADI is er nog een andere organisatie die opgericht is als initiatief van de regering. Dit is de Comisión Verdad y Nuevo Trato. Deze commissie was oorspronkelijk een initiatief van inheemse organisaties, het heette toen Comisión de Verdad Histórica. De huidige president Lagos heeft ervoor gezorgd dat het een commissie van de staat werd. In deze paragraaf wil ik kort verschillende aspecten aan bod laten komen van deze twee regeringsinstellingen.

Comisión Verdad y Nuevo Trato en CONADI zetten zich in voor de verbetering van de situatie van de Mapuches in Chili. Ik zal ze binnen mijn onderzoek echter niet tot de Mapuche-beweging rekenen, ze staan dan ook niet vermeld op de bovenstaande lijst. Dit is gebaseerd op de veronderstellingen van de ‘political opportunity structure approach’. Hierin komt immers naar voren dat een sociale beweging opkomt doordat de (politiek en economisch) zwakkeren in de samenleving hun kansen grijpen wanneer de mogelijkheden hiervoor worden verschaft door diegenen met macht in de samenleving. Onder de machtigen wordt door de aanhangers van deze benadering in het algemeen de staat verstaan. De ‘new social movement approach’ versterkt dit beeld nog eens. Deze benadering veronderstelt dat de nieuwe sociale bewegingen nieuw zijn omdat zij onder andere reageren op nieuwe vormen van uitbuiting, onderdrukking en discriminatie. In het geval van de Mapuches in Chili gebeurt dit voor een groot deel door de staat. Omdat de twee regeringsinstellingen niet zijn opgekomen vanuit het Mapuche-volk (de zwakkeren in de samenleving), maar door de regering (de machtigen) zijn opgericht, zijn het geen Mapuche-organisaties en maken ze geen deel uit van de Mapuche-beweging. Ik acht het echter van belang de twee betreffende instellingen te bespreken omdat het binnen het onderzoek een duidelijk beeld zal geven over het geheel van organismen dat zich voor de Mapuches inzet en de verhouding tussen deze.

De CONADI bestaat voor een deel uit Mapuches maar voor het grootste deel uit niet-Mapuches. Volgens een representant van de CONADI worden de werknemers gekozen op de uitvoering van hun functie en niet op het feit of zij Mapuche zijn of niet. De CONADI heeft verder een raad, die bestaat uit acht inheemse mensen (zowel Mapuches als andere inheemse bevolkingsgroepen) en acht representanten van de regering. De verhouding tussen deze twee groepen werd door een respondent als volgt verwoord:

Claudio Ancalaf:
De representanten van de regering hebben hun loon, oefenen hun functie uit, hebben institutionele achterban, geld en professionaliteit. De acht indígenas zijn representanten van territoria, organisaties, hebben veel aanvragen van indígenas, hebben geen geld, geen professionaliteit en geen institutionele achterban. Zij kunnen erg weinig zonder geld en hebben dus weinig politieke macht. Het komt er op neer dat de besluiten van de CONADI regeringsbesluiten zijn. Het is geen politiek van indígenas.

Uit dit citaat wordt de kritiek die veel Mapuches op de CONADI hebben al duidelijk. De bovenstaande kritiek is gegeven door een Mapuche die bij Comisión Verdad y Nuevo Trato werkt. Ook hier werken zowel Mapuches als niet-Mapuches. Volgens de respondent was het verschil met de CONADI echter dat het idee bij Comisión Verdad y Nuevo Trato afkomstig is van de inheemse bevolking en dat de Mapuches die in deze instelling werken bovendien minder afhankelijk zijn van de ideeën van de regering.

De CONADI probeert de problematiek van de Mapuches in Chili te verbeteren op twee vlakken. Het eerste is ‘water en grond’ en de tweede is ‘ontwikkeling’. ‘Water en grond’ houdt in dat de CONADI Mapuches helpt om hun recht op water en grond te verwezenlijken. Wanneer een inheemse familie een aanvraag indient om een stuk land met het daarbij behorende water (terug) te krijgen, bekijkt de CONADI de omstandigheden en bepaalt of het stuk land wordt gekocht. ‘Ontwikkeling’ heeft vooral betrekking op het verschaffen van materialen voor micro-ondernemingen en inheemse organisaties. Men kan bijvoorbeeld een aanvraag indienen voor graan of een tractor in het geval van een landbouwonderneming, of voor een computer in het geval van een stedelijke inheemse organisatie. Ook hier bepaalt de CONADI met het oog op de omstandigheden in hoeverre de aanvraag wordt gerealiseerd. Tenslotte geeft de CONADI assistentie aan bepaalde Mapuche-organisaties in de vorm van informatie, zoals informatie over de rechten van organisaties of het functioneren van de staat. Zoals hieruit blijkt, houdt de CONADI zich hoofdzakelijk bezig met economische doelen zoals het verstrekken van materialen.

Comisión Verdad y Nuevo Trato houdt zich minder bezig met het economische aspect. De commissie geeft de Chileense regering aanbevelingen ten aanzien van de politiek ten opzichte van de Mapuches in Chili. Het is dus niet bedoeld om problemen op te lossen maar slechts om aanbevelingen te geven. Wanneer de huidige regering vervalt, zal ook de commissie stoppen met zijn werk. Comisión Verdad y Nuevo Trato probeert de situatie van de Mapuches met name te verbeteren op het politieke vlak. Zo is de participatie van de Mapuches in politieke processen een belangrijk punt waar de commissie naar streeft.

Het ontstaan van de organisaties

De verschillende Mapuche-organisaties, die ik binnen dit onderzoek bespreek, zijn alle op een verschillende manier ontstaan. Ik heb een onderscheid gemaakt tussen vier manieren: organisaties die ontstaan zijn door bijeenkomsten in steden, organisaties opgericht door ‘professionele’ Mapuches, organisatie door de stedelijke Mapuches met contacten op het platteland en tenslotte de organisatie van Mapuches op het platteland. Hierbinnen zou ik alle organisaties van de bovenstaande lijst in kunnen delen. Binnen mijn onderzoek is het van belang de wijze van ontstaan van de verschillende organisaties te bestuderen. De overeenkomsten of verscheidenheid hierin kan immers volgens het theoretisch kader van invloed zijn op de eenheid dan wel verdeeldheid van de gehele Mapuche-beweging. Bovendien kan de wijze van ontstaan van organisaties iets zeggen over het verdere verloop, de doelen en de strategieën van de organisaties, wat op haar beurt van invloed kan zijn op de mate van eenheid binnen de beweging. Ook de leden van de organisaties zullen aan bod komen. Ik zal in deze paragraaf de verschillende wijzen van ontstaan bespreken en bij elk een voorbeeld van een Mapuche-organisatie noemen.

Bijeenkomsten in de steden

De eerste soort organisaties die ik zal bespreken zijn de Mapuche-organisaties die ontstaan zijn door het bijeenkomen van Mapuches die van het platteland naar de stad zijn geëmigreerd. Zoals besproken in eerdere hoofdstukken waren en zijn de Mapuches in de steden een buitengesloten groep. Ze wonen veelal bij elkaar in afgelegen of slechte wijken en worden over het algemeen door de Chileense bevolking gediscrimineerd. Het is daarom niet verwonderlijk dat de Mapuches in de steden zich verenigen. Op deze manier hoeven zij zich niet te schamen voor hun Mapuche-zijn en kunnen zij hun gewoontes en tradities die zij gewend waren op het platteland in stand houden. Dit zou men dus kunnen zien als een soort overlevingsstrategie. Opmerkelijk is dat deze bijeenkomsten voornamelijk georganiseerd worden door Mapuche vrouwen. Door verschillende mensen werd mij verteld dat vrouwen over het algemeen een sterker gevoel voor cultuur hebben. Men ziet ook dat vrouwen vaker de traditionele kleding dragen dan de mannen. Dit is een algemeen verschijnsel dat niet alleen binnen de Mapuches maar ook bij andere inheemse groepen speelt. Dit zou een verklaring kunnen zijn voor het feit dat met name vrouwen zich in de steden organiseren om hun cultuur niet te verliezen. Een andere verklaring zou kunnen zijn dat de vrouwen elkaar meer opzoeken omdat zij over het algemeen in of rond het huis blijven wanneer de mannen werken.
De bijeenkomsten begonnen vrijwel altijd als bijeenkomsten voor familie of vrienden. Met name onder de dictatuur gaf men er deze naam aan omdat het verboden was zich te organiseren als Mapuches onder elkaar. Naast vrienden en familie werden er langzaamaan ook andere Mapuches in de bijeenkomsten betrokken en ook de activiteiten werden uitgebreider. Veel van deze groepen zijn later uitgegroeid tot Mapuche-organisaties. Voorbeelden van de organisaties die op deze manier zijn ontstaan zijn Ad malen en Agrupación de Mujeres Mapuche. Dit zijn beide organisaties die in Santiago zijn ontstaan door een groep van het platteland geëmigreerde vrouwen. De organisatie Lelfünche is op een zelfde manier in Santiago opgericht door zowel mannen als vrouwen.

De ‘professionelen’

De tweede manier waarop Mapuche-organisaties zijn ontstaan is door de ‘professionelen’: gestudeerde Mapuches en niet-Mapuches in de steden die hun aandacht tijdens of na hun studie bij de cultuur, de geschiedenis of de problematiek van het Mapuche-volk hebben gelegd. Zij hebben zich verenigd om studies te combineren en deze kennis te gebruiken om het Mapuche-volk te helpen. De organisaties die hieruit voortkomen zou men in enkele gevallen beter instituties kunnen noemen. Instituties kan men zien als niet-gouvermentele organismen, die opgezet zijn door ‘professionelen’ die zich met name bezig houden met studie en onderzoek (Mariman, 1995: 49). Voorbeelden van instituties zijn Centro de Estudios y Documentación Mapuche Liwen of el Centro Mapuche de Estudio y Acción. Vaak ook worden studie en actie gecombineerd. Kona Pewman is hier een goed voorbeeld van. Tenslotte is Casa de la Mujer opgericht als institutie. Deze is opgericht door ‘professionele’ niet-Mapuches en geleidelijk overgedragen aan ‘professionele’ Mapuches. Het idee van Casa de la Mujer is het bevorderen van de ontwikkeling van de Mapuche vrouwen op het platteland door middel van het werk dat deze vrouwen doen. De mensen in deze organisaties zijn zowel jongeren als ouderen en zowel Mapuches als niet-Mapuches die over het algemeen gestudeerd hebben of nog studeren.

Stedelijke Mapuches met contacten op het platteland

Het grootste aantal Mapuche-organisaties van de lijst die ik onderzocht heb valt onder de derde groep. Dit zijn de organisaties die met name in de steden Santiago en Temuco gevestigd zijn maar veel contact hebben met de Mapuches op het platteland. De mensen binnen deze organisaties zijn stedelijke Mapuches, die vaak echter familie op het platteland hebben. Het zijn zowel mannen als vrouwen en zowel gestudeerden als niet gestudeerden. Voorbeelden van deze organisaties zijn Consejo de Todas las Tierras, Meli Wixan Mapu, Aukiñko Zomo, Centro de Estudio de Derecho Indiano, Identidad Lafkenche de Arauco en Xeg Xeg. Enkele van deze organisaties zijn opgekomen met behulp van ex-leden van politieke partijen. De organisaties zijn ontstaan doordat Mapuches zich verenigden om de situatie van de Mapuches, met name op het platteland, te verbeteren.

Het platteland

Onder de laatste groep tenslotte vallen de organisaties die ontstaan zijn op het platteland. In dit geval gaat het om mensen die strijden om hun persoonlijke situatie te verbeteren. Eventueel kan zo’n strijd gezien worden als symbolisch voor een strijd in een groter geheel. De organisatie Mapu Domucho Newen is hier een voorbeeld van. Deze bestaat uit een aantal vrouwen die zich inzetten om hun eigen land, of dat van hun familieleden, te behouden. Ook de organisatie Coordinadora Arauco Malleco zou men hier kunnen indelen. Deze organisatie is echter moeilijk in te delen omdat de leden ervan zich niet in het openbaar bekend willen maken. Het is mij dan ook niet bekend wie deze mensen precies zijn. Een informant vertelde mij dat de organisatie afkomstig is van de Movimiento de Izquierda Revolucionario (MIR) een revolutionair linkse beweging die tijdens de Chileense dictatuur vrij clandestien te werk ging, dit werd door anderen echter weer tegengesproken.

Opvallend is dat in alle gevallen de leden van de afzonderlijke Mapuche-organisaties niet duidelijk geregistreerd staan. De aantallen en de namen van de leden zijn ook voor de leiders van de organisaties zelf niet altijd duidelijk. Ook zijn er vaak geen duidelijke leiders aanwezig. De Mapuches die participeren in de organisatie hebben ieder bepaalde taken, en meestal nemen de oprichters van de organisatie de leidende taken op zich. Men kan zich echter afvragen of er wel werkelijk gesproken kan worden van ‘leden’ en ‘leiders’, of dat er slechts sprake is van een aantal mensen dat participeert in de activiteiten die de oprichters van de organisatie organiseren. Hieruit valt op te maken dat de organisaties over het algemeen een redelijk ongestructureerde organisatie hebben. Dit zou men kunnen zien als een kenmerk van een ‘nieuwe sociale beweging’, die volgens het theoretisch kader gekenmerkt wordt door haar ongecoördineerde karakter.

De doelen van de organisaties

Culturele, politieke en economische doelen

Volgens de auteur Bengoa zijn inheemse eisen in het algemeen een combinatie van economische, culturele en politieke eisen (Bengoa, 2000: 19). Met dit laatste worden eisen bedoeld met betrekking tot het bestuur van het eigen etnische volk. In deze paragraaf zal ik de doelen van de verschillende Mapuche-organisaties proberen in te delen in de drie categorieën: culturele, politieke en economische doelen. Door de voorbeelden van doelen van de verschillende organisaties zal duidelijk worden waarom deze doelen tot een bepaalde categorie worden gerekend. Het mag duidelijk zijn dat de drie soorten doelen elkaar kunnen, en in de meeste gevallen ook zullen, overlappen. Ook dit zal duidelijk worden door de voorbeelden uit de praktijk. Daarna zal ik de verschillende organisaties plaatsen op een continuüm van eisen dat afgeleid is van mijn theoretisch kader. De lijn begint met de meest milde eis, erkenning, en eindigt met de meest radicale eis, onafhankelijkheid. Hoewel deze formule, afgeleid uit het theoretisch kader, door de auteurs bedoeld was om de eisen van een minderheidsgroep in zijn geheel weer te geven, zal ik deze toepassen op de verschillende organisaties binnen één minderheidsgroep. In het theoretisch kader wordt immers ook vermeld dat er binnen een minderheidsgroep vaak sprake is van meer dan één groepering en dat er verschillende eisen spelen. Tenslotte zal ik de twee indelingen met elkaar in verband proberen te brengen.

Culturele doelen

In de eerste categorie die ik bespreek vallen de Mapuche-organisaties die voornamelijk culturele doelen op hun agenda hebben staan. Dit houdt in dat men als doel heeft de Mapuche-cultuur te behouden en te bevorderen. De organisaties binnen deze groep hebben alle als doel de Mapuches die van het platteland naar de stad komen hun taal, gewoontes, geschiedenis en tradities niet te laten verliezen. Men probeert binnen de stad een ruimte te zoeken voor de identiteit van ‘de Mapuche’. Voorbeelden van Mapuche-organisaties met voornamelijk culturele doelen zijn Ad malen, Agrupación de las Mujeres Mapuche en Lelfünche. Hoewel de culturele doelen met name nagestreefd worden binnen de organisaties, hecht men ook belang aan economische en politieke doeleinden en vaak worden deze gecombineerd. Zo noemt één van de organisaties naast de culturele doelen ook het verbeteren van de economische situatie van de Mapuche vrouwen in Santiago als belangrijk doel. Wanneer men gevraagd wordt de belangrijkste veranderingen voor het Mapuche-volk aan te geven, noemt de representante van deze organisatie verder werk en studiemogelijkheden voor de Mapuche jongeren en het terug geven van de grond op het platteland die de Mapuche toebehoort. Aan dit laatste wordt ook door de andere organisaties in deze groep veel belang gehecht.
De groep met voornamelijk culturele doeleinden eist voornamelijk erkenning en toegang. Erkenning spreekt vanzelf omdat men de eigen identiteit wil laten gelden. Daarnaast eist men toegang, er zou meer werkgelegenheid en minder discriminatie voor de Mapuches moeten zijn. Dit zijn dan ook de doelen die men door middel van de organisaties probeert te bereiken. Eén van de organisaties spreekt zich ook uit over autonomie voor de Mapuches. Dit wordt gezien als zeer gecompliceerd maar mogelijk. Het gaat hierbij om de controle van een gebied in het zuiden van Chili dat ooit aan de Mapuches toebehoorde. De betreffende persoon acht een autonomie belangrijk omdat het Mapuche-volk zo zelf kan beslissen hoe het zich ontwikkelt. Dit is echter geen doel die door de organisatie waar deze persoon de representant van is wordt nagestreefd.

Politieke doelen

Bij het streven naar politieke doelen kan men aan verschillende dingen denken. In de meeste gevallen gaat het om doelen die te maken hebben met inspraak van Mapuches in een bepaald politiek proces. Ook is een belangrijk punt het respecteren van de rechten van de Mapuches. De meeste Mapuche-organisaties waar ik kennis mee gemaakt heb, vallen onder de groep die voornamelijk politieke doelen nastreeft. Enkele voorbeelden van deze organisaties zijn: Centro de Estudios y Documentación Mapuche Liwen, el Consejo de Todas las Tierras, Meli Wixan Mapu of Kona Pewman. De studiecentra proberen door studie en het publiceren van artikelen ten eerste Mapuches en Chilenen bekend te maken met de geschiedenis en de huidige situatie van de Mapuches in Chili. Daarnaast is een belangrijk doel van met name Kona Pewman en Liwen het ontwikkelen van een politiek discours met een eigen identiteit en de formatie van jonge politieke leiders. Op deze manier dragen zij bij aan de politieke ontwikkeling van de Mapuches. Naast studie participeren de drie organisaties ook in actie zoals het lopen van demonstraties waar het met name ook gaat om politieke doelen zoals bijvoorbeeld het vrijlaten van politieke Mapuche gevangen. Ook de overige Mapuche-organisaties die genoemd zijn streven politieke doelen na zoals het strijden voor politieke Mapuche gevangenen of andere Mapuches wiens rechten gerespecteerd behoren te worden.

Een zeer groot aantal Mapuche-organisaties hebben als belangrijkste doel binnen de organisatie om de grond terug te winnen die volgens hen de Mapuches toebehoort. Dit doel zou men zowel een cultureel, als een economisch en politiek doel kunnen noemen. Een stuk land heeft een economische waarde, de teruggave van het land aan de Mapuches zou dus zorgen voor een verbeterde economische situatie van de Mapuches op het platteland. Ook zou de teruggave van de grond zorgen voor het behoud van de bepaalde aspecten van de traditionele cultuur van de Mapuches, hier is immers grond voor nodig, zoals men dit van oudsher gewend is. In veel gevallen kan de terugwinning van de grond ook als een politiek doel beschouwd worden. De achterliggende gedachte van de strijd voor het land is immers het recht op dit land dat men beweert te hebben en de strijd tegen de macht van de Chileense kolonisten. Ook streeft men niet slechts naar land, maar ook naar een bepaalde vorm van zelfbeschikking wanneer men dit land heeft. Ik heb er daarom voor gekozen de terugwinning van de grond een politiek doel te noemen. Het mag duidelijk zijn dat ook economische en culturele aspecten hier een rol spelen. De Mapuche-organisaties die zich heel duidelijk bezig houden met dit doel zijn Consejo de Todas las Tierras, Meli Wixan Mapu, Centro de Estudio de Derecho Indiano, Coordinadora Arauco Malleco en Mapu Domuche Newen. Ook voor de overige organisaties blijft het een vooraanstaand thema.

Eisen van deze organisaties met de politieke doelen zijn ten eerste erkenning, toegang en participatie van de Mapuches. Deze worden niet expliciet als eisen genoemd maar spreken vanzelf binnen hun ideeën. Bij participatie kan men bijvoorbeeld denken aan inspraak in bepaalde politieke processen die ook de Mapuche aangaan. Naast de genoemde eisen spreken alle genoemde organisaties over een bepaalde vorm van autonomie.